Hoofdstuk 3 De familienaam van Pol/ van Poll/ van Polle


3.1 herkomst van de familienaam van pol/ van poll/ van polle

In dit hoofdstuk is informatie verzameld over de betekenis resp. de herkomst en de schrijfwijze van de familienaam van Pol/Poll/Polle. Verder wordt gekeken naar de omgang met de familienaam en de schrijfwijzen in de loop van de tijd. Het doel van het archiefonderzoek was tevens de herkomst van de tak van Pol met de bijnaam of alias ‘de Koets’ en andere aliassen nader uit te zoeken en de familiaire relatie met andere van Pol en van Poll’s te duiden. De familie van Pol wordt geplaatst in de historische context van het Ambt Montfort en het Overkwartier van Gelre. Daarnaast wordt een poging gedaan om de betekenis en de herkomst van de familienaam te achterhalen.

In de jaren 1994 tot 2010 zijn een aantal genealogische en historische gegevens in archieven opgezocht en is een hoeveelheid  mondeling overgeleverde informatie in gesprekken met familieleden verzameld. In de begintijd waren er nauwelijks digitale bestanden van archieven beschikbaaar op internet. Je moest afspraken maken voor een bezoek en fysiek naar een archief toe reizen en dan ter plaatse aantekeningen maken of copiën maken. Dat was vanuit Oosterhout naar Montfort, Roermond, Venlo, Arnhem en Maastricht weinig effectief en niet efficïent. De tijd om dat vaker te doen ontbrak vanwege een fullltime functie van de auteur in het onderwijsbestuur. De zoektocht naar de stamreeks van Pol is begonnen bij mijn eigen generatie 1950-1970 omdat er veel informatie bekend was vanuit het ouderlijk gezin over de jongste generaties. Via de gemeentelijkeadministratie in Montfort is teruggezocht tot 1794 en in de parochieadministratie Montfort tot ongeveer 1615. Dat is het moment van de start van de parochieadministratie door pastoors in de katholieke Kerk, die formeel vanaf 1586 verplicht was gesteld conform het Concilie van Trente. De Kaholieke Kerk moest gaan administreren wie lid is van de Kerk omdat ze er voorheen vanuit ging dat ‘iedereen katholiek’ was. Individueel geloven (er)kende de Kerk niet en dat moest eigenlijk bestreden worden. De pastoor kende alle gelovigen maar schreef ze niet in in een formeel register. Maar of de zittende pastoors het ook direct gaan doen?. Het is in de verschillende parochies vaak wachten op de opvolger: De ‘pastoris modernus’ opgeleid volgens de nieuwe inzichten. Zo noemen die pastoors zich ook in BTB-boeken (Doop-, Trouw- en Begraafboeken) die zij opstellen. Ze noemen dan soms zelfs de pastoors van hun buurgemeenten bij naam bij de opstart van hun DTB-boek.

In 2011-2013 en later is bij de parochie Montfort zoveel mogelijk informatie opgezocht. Dit gebeurde nadien op internet via www.genlias.nl (gemeente) en www.genver.nl (parochie) in de buurparochies van Montfort en in de gemeenten Roermond, Venlo en in gemeenten over de Maas zoals in Thorn, Horn, Heel en Weert en nog later in Maaseik.

Bij het begin van de zoektocht naar van Pol’s is niet duidelijk dat de schrijfwijze van de familienaam zo divers is en dat elke vorm van Pol in de klappers of de originele tekst van de DTB-boeken relevant kan zijn. Werkendeweg blijkt dat de schrijfwijzen zoals van Pol, van Poll, Pols, Van pol, Van poll, vann poll, van Polle, van den Pol, van den Poll, Polle en Pollen, vanpol, Vanpoll, de Pol, gen Pol, a poll, van poul en pauli etc. relevant zijn. Pseudo latijn leidt tot a poll, a poll, pauli etc. Vandaar dat we in dit onderzoek gegevens verzamelen van alle schrijfwijzen van van Pol, van Poll en van Polle.
 

Pol internet, uit Wikipedia

Pol kan verwijzen naar:

De Pol kan verwijzen naar:

Akten en Archieven
In oude akten in de archieven van het Overkwartier van Gelre en Ambt Montfort is teruggezocht tot ongeveer 1350. De familienaam van Pol/Poll/Polle en van de Pol/van den Poll wordt in het Ambt Montfort vóór 1460 (met Polle in 1340-1400), en akten met de stamvader Jencken van Pol, de boer en jager in Ambt Montfort (1460-1535), van notaris Bado van den Grave) gevonden. Nog ouder is de Jaarrekening van Raboltz van Brempt, drost en rentmeester van Ambt Mon(t)fort 1397-1398, die is geraadpleegd. Daar vinden we boer Hannes Polle, (Johan/Jan) van Polle in Montfort, die stro op maat levert voor de nieuwbouw van de keuken van kasteel Montfort. In Venlo vinden we van een reeks Poll/Polle’s rond 1385 tot ongeveer 1600 en in Roermond in 1421 tot 1600 en in andere kwartieren van Gelre waar de achternaam als van de Pol, resp.van den Pol en van der Pol voorkomt. Aldaar komt ook de familienaam van Poll en van Polle en van (den) Poll voor onder schepenen zoals in Venlo tussen 1350 en 1560 en onder de categorie Heer/ridder en Ambtenaar/knecht verder weg in de Nijmeegse en Betuwse gebieden van  de graaf/hertog van Gelre van 1350 tot de dag van vandaag.

De van (den) Pol(l) naamgenoten komen als van den Poll, van Poll en van Polle voor bij het beheer van leengoederen en als tolheffer op de Maas (van Poll Venlo) en op de Rijn (van den Poll) of als heurder of hulder van het leen van Huys Venlo (de Camere als huis van de graaf) van de graaf van Gelre en het leen van zoutambt van de stad Venlo of het beheer van de molen in de Helbeek en stadsgracht in Venlo. De oude leenboeken in het archief van Arnhem zijn in later onderzoek nog enkele keren digitaal geraadpleegd.  

De archieven van de Heerlijkheid Montfort, de voorloper van het Ambt Montfort, reiken terug tot ongeveer 1250. De archieven van de graaf van Gelre gaan terug tot ongeveer de jaren 1050-1100 voor bezittingen in het latere Overkwartier met Heinsberg, Erkelenz en Wassenberg, van waaruit de graaf grond, leengoederen en gemeenten gaat verwerven of zal erven in het latere Overkwartier. In Midden-Limburg was onder andere de heer van Meresheim resp. de heer van Heinsberg en de heer van Cuyk actief en de graaf van Gelre verwerft via huwelijk een deel van de Meresheimse bezittingen in Linne en andere Midden-Limburgse dorpen en leengoederten via onderhandeling met de graaf van Heinsberg (Gulik) en de Abt van de paters van Petersberg in Sint Odiliënberg. Meresheim is synoniem met Merum.

De archieven over de periode 900-1100 zijn verspreid en bevinden zich als Franse of Latijnse documenten in Parijs, Reims, Metz, Nancy, Luik, Keulen, Utrecht of in Maastricht met informatie over bezittingen en leengoederen van het klooster Petersberg in Sint Odilienberg en in Rolduc over kloosters en hun leengoederen en bezittingen in Susteren, Meerssen en in Rolduc. In het archief van het klooster van Sint Odiliënberg/ Uddelenberg/Berg is nog oudere informatie dan van de graaf van Gelre te vinden omdat het klooster wereldlijke macht uitoefende over delen van Midden-Limburg zoals over Sint Odiliënberg, Vlodrop/Posterholt, Montfort, Melick, Swalmen, Merum, Ool en Herten, onder supervisie van de bisschop van Utrecht en voorheen onder de bisschop van Luik. De oudste documenten van het klooster Petersberg stammen uit het jaar 890, de periode na Karel de Grote, die met geweld het Christendom bij de Saksen in West-Europa bracht bij zijn Frankische veroveringen. Archivering vond vooral plaats bij de rijkshoven (boerderijen met een administratieve taak) die de keizer en zijn gezelschap aandeed en gebeurde in het Latijn door geestelijken bijv. door meereizende kapelaans. Na Karel de Grote is het Frankische rijk opgedeeld in drie delen en het Middenrijk, waartoe het huidige Limburg behoorde. Het kwam in handen van Lotharus waarna tien eeuwen strijd om dit gebied volgde vanuit het Oosters en Westers deel van het Frankenrijk of zoals we later zeggen Lotharingen en de opvolgers zoals Bourgondië en het HeiligeRoomscheRijk versus Frankrijk.

Rond 900 wordt door de Duitse keizers van het HRR een einde gemaakt aan de invallen van de Noormannen, die meer dan een eeuw hebben geduurd. Noormnnen drongen diep dooor in het achter land via de rivieren; heel Nederland en via de Maas tot Luik en de Rijn tot Köln, en de Schelde en de Seine. In d Karolingische tijd waren de Kerk en de kloosters ontginners en grootgrondbezitters. De plaatselijke leiders en kloosters waren voorheen machteloos tegen dit goed georganiseerde geweld. Vikingen bedreven handel en ruilden maar ze schroomden niet om schatting op te leggen en te moorden, roven en te plunderen. Met hun boten waren zij genadeloos en vliegensvlug en een strooptocht op het platteland werd niet geschuwd. Uiteindelijk dringt het Karolingische Rijk de Noormannen terug naar het Noorden en het Westen en een aantal Noormannen worden als leenman ingezet. Noormannen bestrijd je met Noormannen. Overigens waren in Nederland en België de Noormannen vooral Denen, afkomstig van de kust bij Ribe, de oude hoofdplaats en haven van de Friese en Jutlands Vikingen. Deze bewoners boerden achter de wadden en dreven kusthandel via de haven van Ribe. Omdat zij waren gevlucht voor het Karolingische juk en de Christelijke kerk, ondernamen zij lange handels- en rooftochten in zuidelijke gebieden langs de kusten. Ze waren dan maandenlang onderweg om handel of buit te halen. Niet iedereen keerde levend terug. Hun vrowen en kinderen dreven de boerderij bij afwezigheid van de mannen. Hun erfrecht verliep via de vrouwelijke lijn die bepalend was voor de positie van de vrouw.

In Engeland waren de Noren en Denen actief en in Rusland de Zweden die ook ‘Roes’ werden genoemd. De Zweden en hun vrouwen varen (soms slepen) met hun boten via de rivieren dwars door Rusland en tot Constantinopel en stichten Russische en Oekraïnsche steden. Volgens de Russen waren de Zweden en hun vrouwen vriigevochten en geëmancipeerd wat ongebruikelijk was voor die tijd. Allemaal worden zij Noormannen of Scandinaviers of Vikingen genoemd, Van de Vikingen resteert hun handel en handelsplaatsen aan de zee en aan de rivieren waar de Hanzehandel uit voortvloeit op Parijs, Brugge en Dorestad, Zwolle, Kampen en Deventer etc. De Noormannen richten hun aandacht na 900 op Normandië, Engeland en Zuid Italie/Sicilië waar ze na de verovering als bestuurders gaan optreden. Rond het jaar 1000 domineert de Duitse keizer in de Nederlanden en in grote delen van Italië maken deel uit van dit middeleeuwse Rijk met landen, hertogdommen, prins-bisschops-dommen, graafschappen, heerlijkheden etc. Het is een bonte verzameling van regio’s in her HRR/Keizerrijk. Vanaf 1150-1200 is de graaf van Gelre (en zijn voorgangers uit Vlaanderen) actief in Midden Limburg en NRW en hij verwerft als Hertog steeds meer invloed en bezittingen in het Overkwartier van Gelre resp. in Gelderland en het land van Zutphen. De hertogen van Gelre onderhouden goed contact en zijn loyaal jegens de keizers van het HRR en bouwen de bestuurskracht uit in hun gebieden. De tol op de Rijn voelt hun toe. De steden gaan rond 1250 rechten claimen ten opzichte van de graaf/hertog en de adel: de stadsrechten en de burgerrechten waaronder rechtspraak en invloed op de hoogte van belastingen. De adel resp. gilden van ambachtslui en boeren en de handel gaan een rol spelen in het nieuwe machtspel. Zij dragen kandidaten voor als schepen en burgemeesetr. De Schepenbank spreekt namens de graaf/hertog plaatselijk crimineel recht en bemiddelt bij klachten/clagten (vrederecht).


Oude leengoederen klooster Petersberg
Het dorp Sint Odiliënberg is gesticht rond 850 en had relaties met het bisdom van Utrecht dat half Nederland in bezit had. Dit bisdom moest inboeten op grond en bezit vawege de machtsuitbreidingen van de graven van Holland, de hertog van Brabant en de graaf later hertog van Gelre. Het klooster Petersberg werd bezocht door Pepijn van Herstal, zijn zus bezoekt. Hij doet ook schenkingen aan het klooster. Ook de graaf van Heinsberg behoorde tot de vrienden van het klooster. Er is een lijst van leengoederen en bezittingen van het klooster Petersberg in Sint Odiliënberg in het Latijn in de archieven van 1000-1200 overgeleverd, aanwezig in het archief van RHCL Daarnaast waren er ook boerderijen van vrije boeren en allodiale goederen van adelijke personen in de regio, Het is niet mij bekend of de familienaam van Poll hierin wordt genoemd en welke leengoederen daarbij behoren in Midden- imburg in Linne, Sint Odiliënberg/Montfort, Posterholt/Vlodrop, Melick etc. De lijst leengoederen Petersberg/kapittel van de H.Petrus moet nog worden geraadpleegd in het archief RHCL Maastricht.

Er waren rond het jaar 1000 nog weinig dorpen en en steden. Er waren wel tientallen boerderijen en leengoederen in Midden Limburg zoals we later kunnen zien in het Gelders Ambt Montfort. In Ambt Sittard/Born van Gulik en in Zuid-Limburg (resp. Land van Rode, Land van Valkenburg, Heerlijkheden (bijv. Huize Schinnen en Wijnandsrade), kloosters (proosdij Meerssen en Wijngaardberg) en abdijen (Rolduc, Maastricht en Sittard) en in de Maasvallei) waren er honderden leengoederen, kasteelboerderijen en allodiale goederen, en vrije boerderijen, die leiden tot de stichting van vele gehuchten en de uitgroei van dorpen. Mogelijk waren er nog geen familienamen in die tijd tussen 800 en 1200 en het aantal vrije burgers was beperkt omdat horigen ‘behoorden’ bij de grond/boerderij van het leengoed waarop zij werkten en onderdak genoten en waar zij eten en bescherming genoten. Formeel waren er over en weer rechten en plichten van de heer en van de horige. Daar stond tegenover dat zij in de praktijk niet vrij waren om te vertrekken maar dat zij uit de relatie van horige moesten worden vrijgekocht. Bij erfenis van een horige verviel een deel van de persoonlijke bezittingen aan de Heer. We weten dat klooster Petersberg aan de heer van Montfort ook horigen overdroeg. Daarna horen we niets meer over horigen in Ambt Montfort en gaan we ervan uit dat de boeren na 1400 vrij waren en zich konden vestigen waar ze wilden mogelijk in de omliggende dorpen en gehuchten.

De oude archieven van klooster Petersberg zijn nog niet onderzocht. Het klooster van Sint Odiliënberg is het oudste van Midden-Limburg en dan volgt het klooster van Sint Joost, dat als gebouw nog bestaat als kloosterhoeve, en verder het klooster van Susteren. Het klooster van Petersberg viel rond 800-1000 onder het Karolingische leen van de bisschop van Utrecht dat half Nederland besloeg.


Kloosterboerderij in verwaarlosde toestand, Sint Joost Web

De oude kloosterboerderij Sint Joost was een schenking van de graaf van Gelre aan de paters van Sint Joost aan de latere Caulitenweg. Bij het klooster hoorden enkele lenen van Ambt Montfort in Sint Joost en ‘t Hingen. Inmiddels is de Kloosterhof verbouwd tot verzorgingshuis voor verstandelijk gehandicapten.


Onder klooster Petersberg komen leengoederen voor in Sint Odiliënberg, Montfort, Linne, Merum, Vlodrop, Posterholt, Melick en Swalmen etc. Een aantal leengoederen van het klooster Petersberg resp. van de Heer van Merum (Merum, Ool en Linne) en de Heer van Heinsberg (de tol van Pol/Wessem en leengoederen) komt later in het bezit van de graaf van Wassenberg/Gelre.

In dit deel van Midden-Limburg waren er leengoederen van de bisschop van Utrecht en de graaf van Heinsberg en de latere bisschop van Luik, Hendrik van Gelre en zijn familielid de graaf van Gelre. Linne kwam via de bisschop van Utrecht terecht in de handen van de heren van Meresheim/Merum (inclusief het oude leengoed Hof Hobert in het Linnerveld rond 1350) en via vererving bij de heren van Wassenberg/Gelre, en nadien bij de graaf van Gelre om vanaf dat moment te worden bestuurd vanuit het Ambt Montfort. Gelre werd in die tijd regelmatig belaagd door de hertog van Gulik, resp. de hertog van Cleve/Kleef. De aartsvijand was echter de machtige hertog van Brabant (Brussel, Leuven en o.a. Den Bosch en Breda), met connecties in Julich o.a. Waldvugt, die er in slaagde goederen en gebieden in het hertogdom Limbourg aan de Vesdre in het huidige België van de schoonfamilie van de graaf van Gelre af te snoepen na de slag van Woeringen (1288, het dorp Worringen bij Kolln, nu een stadswijk).

Ook aan de Westkant van de Maas in Midden Limburg, komen we al 700 jaar van Pol/Poll/van Polle’s tegen. De gebieden van de abdis van Thorn en van de graaf van Horne ( van Horn t/m Weert) en van een aantal heerlijkheden onder de Rijks prinsbisschop van Luik, waren in het HRR neutraal gebied jegens Brabant en Gelre. Het gebied van de prins-bisschop van Luik en van de graafschap Loon vielen samen toen er geen nieuwe graaf van Loon meer was. Luik en Loon waren dus verenigd gebied van Luik tot Weert. Daar tussenin lag het Land van Thorn met de stad Weert en nog enkele kleinere heerlijkheden. Het gebied van de graaf van Kessel en van de graaf van Kriekenbeek vielen aan Gelre toen er geen opvolgers in de familie waren en oude familieverbanden gingen gelden. Zo ontstond uiteindelijk het Overkwartier van de Hertog van Gelre, het oude kernland van de graven van Gelre eerder genoemd van Wassenberg. Een reeks van plaatselijke heren uit de adel gaf de allodiale goederen over aan de graaf van Gelre en kreeg taken en ambten daarvoor terug van de graaf. Uit deze categorie van plaatselijke ridders, werdem de eerste ambtenaren zoals schoutenen rentmeester en drosten gevormd. Uit de machtsstrijd om Gelre tussen Maas en Rijn is ook te verklaren waarom in het Overkwartier van Gelre een aantal gemeenten als OostWest gerichte onderbrekingen het gebied van het Overkwartier versnipperen: Susteren/Roosteren met het Havertbos, aanvankelijk behorend bij Ambt Montfort, en het Ambt Sittard/Born met de stad Sittard en omgeving met de Selfkant, resp. Melick Herkenbosch/MerumHertenOol, MaasnielAsenray, Tegelen en de enclaves Heinsberg en Vierssen. Het is voor machthebbers handig om een rivier als grens te hebben en als dat niet lukt om plaatselijk tot aan de rivier te kunnen komen. Verder was er een enclave de stad Erkelenz, met een eigen rentmesster, die behoorde bij (de jaarrekening van) het Ambt Montfort (en later bij Ambt Kriekenbeek) van Gelre en gebieden rond Wassenberg  als zodanig in de jaarrekeningen opduiken. 
 



 3.2 De schrijfwijze van de familienaam van Pol

De naam van de familie van Pol wordt in de verstreken eeuwen geschreven als van Pol resp. van Poll en als Van pol en Van poll, en heel incidenteel bij een enkele van Pol als Pol/Poll zonder voorvoegsels, of als  de Pol, en van den Pol(l) zoals in de Schepenbank Montfort en bij het Hof van Gelre voorkomt, of als van Polle, in gen Pol en Pollen, en vann poll zoals in Venlo bij Frans van poll voorkomt evenals 'de Pol' in Thorn en 'á pol’ en ‘pauli’ bij Maria pauli als quasi-Latijn van van Pol in Latijnse akten in parochies zoals Montfort. De Schepenbank Montfort schrijft rond 1535-1600 van pol, van poll en van poul, meestal voornaam met grote letter en familienaam met kleine letter. Vóór 1500-1530 schreef men bij gebrek aan voorgeschreven schrijfwijzen en gebrek aan naamscontrole van Polle met allerlei varianten van Poll en van de(n) Poll en soms Pollen door elkaar.  Alleen in DTB-boeken vinden we in de beginjaren ‘Pols”, á Pol, de Pol en ghen Pol. Deze schrijfwijzen komen alleen de eerste jaren van DTB-administraties voor als de pastoor en de kapelaans het administreren nog moeten leren. Voorschiften voor het schrijven van de taal, ontbraken toen nog in het Midden Nederlands. Soms wordt de achternaam en het alias van de betrokkene door elkaar gebruikt zoals bij Theodorus ingen hoyck van pol (naam boerderij) resp. Theodorus van Pol opden bight (naam woonhuis van boerderij), Wilhem van Pol alias bongers (boerderij bongaertshof of familienaam Bongaerts van de echtgenote) identiek met Wilhem van Pol alias dielgart (na pachter op Bongaertshof en boer opgen (Groot) Ouwen, op zijn oude dag woonachting op den Dielgard waarschijnlijk bij een van zijn kinderen),  of Theodorus van Pol alias cremer(s) (achternaam van zijn moeder) of Theodorus van Pol alias van den graeff (achternaam van zijn moeder?) en bij van Pol opten graeff (de boerderij bij het kasteel?, of een familienaam op de graaf).In Montfort was er een graaf van het kasteel en een familie op den Graef.

In Montfort vinden we vanaf 1400 van Poll en van Poll(e) en in latere perioden perioden van Pol, die dezelfde personen blijken te zijn. In Linne en Maasbracht vinden we meermaals van Poll en een aantal keren van Pol. Als een van Pol van Montfort naar Linne of Maasbracht verhuist, schrijft de pastoor aldaar bijvoorbeeld van Poll. De dubbele l komt voor1500-1600 vaak voor en tevens in de Franse tijd. De van Pol’s en de van Poll’s in het Overkwartier  en aan de overzijde van de Maas, behoren zeer waarschijnlijk tot dezelfde familie en alleen de schrijfwijze verschilt. In de loop van zes eeuwen is de naam dus veranderd van : van Polle, via van Poll naar van Poll en van Pol. Dat lijkt op achternaam inflatie.

De familie van Pol en van Poll en van Polle in Midden Limburg is dus dezelfde familienaam. Aanvankelijk schreef men (van) Polle, toen van Poll en tot slot van Pol en van Poll door elkaar. De schrijfwijze Pol en Poll is de variatie van schrijfwijze binnen een familietak. Er zijn wel verschillende takken die verbinding kunnen hebben met van Polle’s uit 1350 en 1550. Er is voor zover bekend geen verband met de achternaam Pols, die elders in Nederland in 2007 2495 keer voorkomt, vooral buiten Limburg. In de oude Latijnse akten schrijft de pastoor bij van Pol het van als  de: tweede naamval Pols, ook a Pol en de Pol. De naam Pol en Poll zonder voorzetsel, komt in Limburg bijna niet voor.

In Limburg komt de naam van Pol(l) het meeste voor met een concentratie in Midden Limburg in Montfort resp. Linne, Maasbracht, Echt/Pey/Koningsbosch, Roermond, Heythuysen, Horn, Roggel en in de regio Weert/Hunsel, Thorn, Grathem/Wessem, Heel, Maaseik en Nederweert. Er zijn enkele uitzaaiingen van van Pol's naar Noord Limburg, Zuid Limburg, Noord Brabant en Utrecht/Amsterdam, die soms generaties terug uit Limburg afkomstig blijken te zijn zoals nakomelingen van Frits van Pol uit Montfort die naar Amsterdam/Purmerend verhuisde en 'Ingele' van Pol of ‘Teunkes’ van Pol uit Montfort die naar Zuid Limburg of naar NordRheinWestphalen gingen.

Het is waarschijnlijk dat Pollen voor 1600 is afgeleid van Polle uit de regio Venlo en de regio Viersen omdat Pollen en van Polle aldaar door elkaar werden geschreven tot 1500 en daarna van Poll en van Pol.  Ook in Montfort komen we de naam Pollen en van Polle en van Poll incidenteel tegen in de Schepenbank van ongeveer 1535 betreffende een geschil van Durrick (of Theodorus/Durk) van Poll/ van Polle tegen  Jan Pollart bij de Schepenbank van Montfort.

Bij de opstart van de kerkelijke administratie worden van Pol’s incidenteel gevonden onder de schrijfwijze de Pol, de Poll, en Pols. Bij het overnemen van akte-gegevens in klappers  DTB is de soms moeilijk leesbare achternaam in de originele DTB-boeken in de klapper genoteerd als  Apol (a pol in origineel) of als Gpol. Dit zijn slordigheden en verschrijvingen of er is slecht gelezen.

In het oude archief van de RK Martinus parochie van Venlo worden de achternamen van Poll, van Polle, in gen Pol en Pollen door elkaar gebruikt. De naam Polmans vond ik in 1619 resp. 1640 in het geboorteregister van Montfort, Roermond en Venlo. De naam Polsers vinden we een keer in Montfort en dezelfde Mathias Polsers wordt ook Mathias van Pol genoemd en ook Pollarts. Wie is wie?.  Pollarts dus zooals we later terugvinden. De familienaam Polmans komt nu nog in Roermond, Maasniel en Swalmen voor. In 2007 zijn er 98 Polmans in Nederland. De familienaam Polman komt elders in Nederland 3420 keer voor maar ik zie geen direct verband met de familienaam van Pol/Poll.

Op internet is op MyHeritage in 2020 een lijst van schoolfotoboeken of jaarboeken middelbare school 1890-1979 gezet. Daar staat ook Marscha Vanpoll en andere familieleden bij, die woonachtig zijn in de staat Wisconsin USA. Deze Vanpoll’s stammen af van de jager en dagloner Gerardus van Pol uit Montfort ( Linnertak van Poll) die emigreerde met zijn derde vrouw en een aantal van zijn kinderen naar Wisconsin USA. De familie woont nog in Wisconsin, een landbouwstaat, waar toendertijd (1860-1920) veel Duitsers (o.a Selfkant) en Nederlanders (Limburg) naar toe emigreerden.

Peter Wijnants uit Aarschot gaf in 2020 informatie over de nakomelingen van Nicolas van Pol uit Montfort, die samen met zijn vrouw Christina Knaepen in Koersel (Land van Loon) terechtkwam en daar twee kinderen kregen: Christiaan en Jacob. Helaas overleed Nicolas al op 02-06-1764 slechts twee jaar na zijn vrouw die al overleden was op 05-09-1762. Er bleven dus twee wezen achter. Nakomelingen van deze wezen wonen nog in de regio Koersel en Heusden/Zolder. De achternaam wordt aldaar geschreven als Vanpol zoals op internet te vinden is onder http://familienaam.be/Vanpol. Nicolas van Pol uit Montfort was een zoon van de kerkmeester en boer Cristianus van Poll en Catharina Severens, en hij was als vijfde kind geboren op 10-02-1710. De vader stamt af van Aegidius van Poll en Catharina Mans die boerden op de Voorhof van het kasteel in Montfort, en die een broer is van mijn stamvader Joannes van Poll en Margaretha Maxis. We hebben dus weer 2 extra schrijfwijzen leren kennen van de familienaam: Vanpoll en Vanpol.




Van Poll en Pollarts
De familie Pollaerts/Pollarts/Pollartz, die tussen 1500-1700 ook in Montfort woonde, heeft voor zover ik heb opgezocht in het archief van Montfort geen familieverband met van Pol.  De leden van de families gingen wel frequent met elkaar om en getuigden over en weer bij geboorten etc. De naam Pollarts wordt vaker genoemd als heurders van leengoederen in het Ambt Montfort. De combinatie van heurder Pollarts en pachter van Poll op ingen Ouwen komt een aantal keren voor tussen 1500 en 1800. Huwelijken tussen van Poll en Pollarts zijn in Montfort niet gevonden. De familienaam Pollarts komen we in de regio Thorn al rond 1400 voor. In de Jarrekening Ambt Montfort 1307-1400 komt een Pollart van over de Maas n ar Montfort om kleding op te meten.

Leden van de familie Pollarts komen  als ambtenaar resp. rentmeester, scholtis en later als drost voor en werkten in Ambt Montfort, en ook in bestuurlijke functies als schepen of als burgemeester of als priester in de steden Roermond, Venlo of als geestelijke ook in Aken, Luik en Arnhem resp. in het oude klooster van Sint Odiliënberg, en verder als rentmeester in de stad Venlo, en als jurist bij het Hof van Gelre in Roermond.  De achternaam Pollaerts in allerlei schrijfwijzen kwam in de oude tijd veelvuldig voor in het Overkwartier van Gelre zoals in Roermond, Montfort en Sint Odiliënberg resp. in Thorn en Maaseik en Susteren maar de achternaam komt thans minder voor. De Montforter tak van Pollarts met hulders, rentmeesters, juristen en priesters, werd in de adelstand verheven maar is inmiddels uitgestorven. Een aantal grafstenen van de familie Pollarts is uit de oude kerk van Montfort bij de bouw van een nieuwe kerk rond 1885 in stukken gezaagd en omgedraaid. en als traptreden hergebruikt. Nadien zijn deze treden bij de sloop van de kerk verdwenen of bij het puit tercht gekomen. Op het kerkhof van Sint Odiliënberg liggen ook leden van de familie Pollarts begraven. Van cultureel erfgoed had men bij de grote uitbreidingen der steden en dorpen geen oog. Als het budget beperkt is, gebeuren er soms gekke dingen, zeker in de tijd van de Verzuiling met een explosie van nieuwe kerkgebouwen ten koste van kleine middeleeuwse kerkgebouwen. De kleine middeleeuwse kerkjes zijn toen net als stadspoorten en stadsmuren grotendeels opgeruimd zonder schroom en zonder protest. er moest iets nieuws komen en wel groter. Een Brabantse provinciaal historicus noemde deze verneiuwing een grote culturele kaalslag.


3.3  Informatie van het Meertens Instituut voor Naamkunde

Het Meertens instituut in Amasterdam is onderdeel van de KNAW de Koninklijke Akademie van Wetenschappen. Het instituut doet onderzoek en verzamelt documentatie over taal en cultuur in Nedreland en daarbuiten. De informatie van het  Meertens Instituut maakt duidelijk dat de van Pol’s vooral in Limburg voorkomen en de andere van de Pol’s, van der Pol’s en van den Pol’s  buiten Limburg: www.meertenknaw.nl. Zie ook de in de tekst opgenomen  tabel met het aantal ‘Pol-varianten’  in Nederland met gegevens van het Meertens instituut. In 2012 is de databank familienamen overgedragen aan CBG Centrum voor familiegeschiedenis maar deze is ook nog via Meertens instituut te raadplegen.

In 2007 zijn er in Nederland volgens het Meertens Instituut 502 van Pol’s resp. 133 van Poll’s en 102 Van Pol’s. De achternaam Pollen, die vooral in Venlo, Belfeld en Roermond voorkomt, blijkt nog 100 keer voor te komen.

Naamgenoten en aanverwante namen in Nederland 2007

Namen aanverwanten                                                        

                                                                                                                       Aantal

van Polle                                                                                                                 0

Polle                                                                                                                      66

Pollé                                                                                                                     125

Van pol                                                                                                                102

van Poll                                                                                                                133

van Pol                                                                                                                 502

Van poll                                                                                                                 11

Van de pol                                                                                                               5

van de Pol                                                                                                          5714

van der Pol                                                                                                         4080

van den Pol                                                                                                           302

Pollen                                                                                                                   100

Polmans                                                                                                                98

alle “Pol”-takken                                                                                             11238

Voor cijfers over het voorkomen van de familienaam van Pol en van Poll en andere vormen in Nederland gaan we op internet naar Meertens Instituut www.meertens.nl.                                                                                  

Vul bij familienaam resp. van Pol , Van Pol en van Poll en Van Poll in. In een overzichtskaart van Nederland wordt het aantal leden van de familienaam getoond. Het kerngebied van de naam van Pol en van Poll is  gelijk en buiten Limburg komen vooral emigranten van Pol en van Poll voor. De familienamen van de Pol en van der Pol komen veel voor in Brabant, in het kerngebied Gelderland, en in Zuid- en Noord-Holland.  De van de Poll komen met 1104, van der Poll 166 en van den Poll 389 keer voor en wel verdeld over bijna heel Nederland.

Tabel aantal personen naar tak ‘van Pol’ in Nederland volgens het Meertens instituut in het jaar 2007.

h3-1.jpg

3.4 De oorsprong van de familienaam van Pol

De herkomst van de familienaam van Pol resp. van Poll of van Polle heeft te maken met een plaatsaanduiding in het landschap als lichte verhoging of ophoging nabij water of moeras waar een huis, gebouw of boerderij werd gebouwd. De achternaam van Pol heeft een vergelijkbare achtergrond  als de achternaam van den Heuvel, een forse verhoging waar het water ontbreekt.

Het Germaanse woord polla duidt op een uit water oprijzende verhoging. Op deze plek bouwde men naast water en nabij rivieren een huis of boerderij op een verhoging of een belt. Een begroeid eiland hoger dan het water is een verhoging. Vandaar de vele huizen te Poll. de Poll, ten Poll, ingen Poll in Nederland nabij een water of een beemd of bij een rivier of uiterwaarde.

De relatie met het Nederlandse woord pol, in de betekenis van verhoging in het landschap voor de bouw van een molen, resp. een huijs of een boerderij vinden we in de historische context van naamgenoten van van Polle, van de Pol, van den Pol, ten Pol en ten Poll en bij ridders, heren en knechten uit het Land van Nijmegen/Millingen/Duffelt en het Land van Maas en Waal en de Tieler- en Bommelerwaard van de Hertog van Gelre. Heren en ridders en boeren woonden in het rivierenlandschap op verhogingen in het landschap (de stroomrug) van overstromende rivieren in de uiterwaarden. In/op de lager gelegen kleibezinkingsgronden (de komgronden) woonde men niet. Dat was woeste grond en moeras resp. hooiland en graasland om vee vet te emsten een in later tijden en later weiland en natuur. Er zijn nogal wat ‘pol’en in het rivierenlandschap van Maas, Rijn en IJssel en hun zijrivieren en beken in Nederland en Duitsland omdat deze plaatsen langs de rivier waren omgeven door vruchtbare grond met klei en verspoelde löss en om deze reden al vroeg door boeren werden ontgonnen voor akkerbouw of als weideland.

Een boerderij op een verhoging aan het water werd vaker Hof de Poll of Hof ten Poll of Hof te Pol genoemd in de Betuwe, in Nijmegen e.o. en in Pont bij Geldern en in Poll bij Wessem de Pollenhof, wat in het spraakgebruik bij een boerderij leidt tot het Pollengoed/Pollengoet. Het begrip Pollengoed komen we tussen 1450- en 1565 als naam van een leengoed tegen in Geldern/Pont resp. Kölln (Poll nu een wijk van de stad), en in Wessem/Poll en  Panheel. Het is aangtoond dat Peter van Poll uit Venlo de heurder was van zulk een leengoed het Pollengoed bij Poll en Panheel/Wessem met een riviertol over de Maas.

Als de verhoging in het landschap natuurlijk is, noemen we het een donk zoals bij het Duitse dorp Polle aan de Wezer. Is de verhoging aangelegd dan noemen we het een ‘pol’ of een terp of belt zoals er veel voorkomen langs de Maas, tussen Maas en Rhein, tussen Maas en Waal en in Friesland. Een vergelijkbaar relaas geldt voor van de Poll’s uit Montfoort in Utrecht en hun stamhuis ‘Uten  Pollen’ en de hof den Poll in Millingen aan de Rijn.

foto Huis de Poll in Voorst als voorbeeld van een Huys de Poll op een verhoging in het landschap.

 

Een andere verklaring voor de familienaam zou kunnen zijn dat de familie op enig moment vóór 1600 afkomstig kan zijn uit het gehucht Pol(l) bij Wessem. Pol en Panheel was een Heerlijkheid onder de graaf van Horn(e) met een eigen Schepenbank en verbonden met Wessem. Nergens is gebleken dat er enige verbinding is met de familienaam van Pol, van Pol of van Polle. Pol en Panheel werd omgeven door het Land van Horn en het land van Thorn. Rond 1397 is nog sprake van het leen van de griend van Rura tot Poll aan de Maas voordat de Maas werd omgelegd bij Rura en Roermond.

Rond 1430 wordt in akten gesproken over de tol en de veer te Pol(l) in de Maas en de rechten van de graaf van Heinsberg op deze inkomsten maar er is ook sprake van een Peter van Polle uit Venlo, die rond 1430 heurder was van het leengoed ten Poll of Pollengoed bij de tol van Wessem/Poll aan de Maas, van de heren van Horne en van Ghoor. Die van Poll kwam dus uit Venlo waar al langer van Poll’s woonden en werkten, maar waar Peter zijn kinderen zijn gebleven is onduidelijk ( Wessem, Heel, Thorn en of Maaseik?). Het is onwaarschijnlijk  dat het gehucht genoemd is naar de familie van Polle/van Poll, heurders van het leengoed ten Polle of het Pollengoet. Vijftig jaar eerder lezan we over de griend van Rura tot Poll. Het puntige leen de Heerlijkheid van Polle wordt vaak genoemd in het leenboek van de graaf van Horne bijvoorbeeld op 9 mei 1514 als Willem van Vlodrop het leen met de hof te Buggenum verheft bij de leenhof te Horn, in aanwezigheid van de graaf van Horne resp. de stadhouder der lenen Peter van Straelen, en de leenmannen Daniël van Nunhem, Hendrich van Varich, Jan van Holtmeulen, Willem Piell (?) en Willem Stoxkens. Samen met Poll had Panheel sinds 1200-1250 een schepenbank evenals het nabijgelegen stadje Wessem. Rondom Poll en Panheel is inmiddels de meeste landbouwgrond met in de ondergrond grint, afgegraven en uitgebaggerd voor de winning van zand en grint. De boerderij en voormalig leengoed ten Polle is gesloopt en er is alleen nog de bouwplaats van de boerderij over. Het gehucht Pol is via de gemeente Pol en Panheel, Heel en Panheel inmiddels gemeente Maasgouw geworden.

 

Andere mogelijke betekenissen

Een relatie met het Nederlands woord pol (pollen) voor stuifmeel is nergens gebleken. Een relatie met de voornaam Paul of Paulus, in de redenering dat Pol een afleiding van de naam Paul zou zijn,  zoals in België voorkomt, is niet gevonden.

In Arnhem wordt in de palen en pollen-wandeling aandacht besteed aan de gewoonte om de grens van de gemeenten (heidevelden van Arnhem en Wolfheze bijv.) door de schepenen samen te schouwen en daar pollen, markeringen door heideplaggen opgeworpen heuveltjes, als grens aan te geven en later te voorzien van stenen markeerpalen van 4 m lang, en het geheel op een kaart (een kaertgen) door een landmeter weer te geven. (Arnhem Gemeentegrens geschiedenis internet arneym.nl). Een bewijs voor een relatie met stapels heidepollen als verhoging en als gemeentgrens in deze betekenis van pollen/verhogingen met de familienaam van Pol of van Poll ontbreekt.                                                                                                                                   Volgens de encyclopedie Larousse is een pol een samengegroeide klomp planten. Het begrip wordt bij grassen veel gebruikt: graspol. Het betekent tevens een met riet of gras begroeid eilandje. Deze betekenis komt in de buurt van een verhoging in het landschap. Er is een schapenras pol maar waar die rassennaam vandaan komt?. Een koeienpruik ( de haren op de kop van de koe boven de horens, wordt in Nederland een pol genoemd maar het is de vraag of dat in het Overkwartier ook zo werd genoemd. In Zuid Nederlands kan pol betekenen mollig handje, rond koekje of rond broodje. Er is geen enkel verband gevonden van graspol of handje, koekje  of broodje en de familienaam van Pol.

Conclusie: Aanenemelijk is dat van Pol en van Poll afgeleid is van een verhoging in het landschap bij water, resp. een rivier of een beemd, waar een gebouw als een boerderij of molen of huis kon worden gebouwd.

  

Oude akten

In de oudste akten van de Katholieke Kerk en in oudere akten van Gelre komen we de namen van Pol, van Poll, van den Pol, van den Poll, van Polle, Pols, Polsers en Pollen tegen. Bij het opstellen van akten schreef de pastoor of de notaris op wat er in spreektaal in die regio tegen hem werd gezegd of wat hij hoorde. De uitdrukking: ‘’die van Pol’s’ is gemeengoed te Montfort. Pol’s is bijna zeker de tweede naamval van Pol/Poll zoals blijkt uit de DTB van Montfort. Of de huidige achternaam Pollen tot de familie van Pol/Poll/Polle behoort is aannemelijk maar niet bewezen.  

In het Overkwartier van Gelre gebruikt men zoals uit de bronnen blijkt, al lang voor het Concilie van Trente 1548-1568, familienamen. Het oudste voorbeeld van de familienaam vinden we in Heel in 1280 als Polle, van Polle of Pollen, en bij Jacop van Polle in 1388, burgemeester van de stad Venlo. In Heel zijn van Polle of Pollen gevonden die in Heel cijnzen grondbelasting aan de kerk betaalden in 1280. Deze akte wordt nog opgezocht in het archief van Heel/land van Thorn. Han van Polle is boer en stroleverancier in Montfort als hij tussen 1397 en 1400 stro levert voor het huys Montfort. Stro leverde een boer op maat voor het dak van een gebouw of als stro als isolatie voor onder de pannen. (lang stro). Kort gehakseld stro leverde een boer voor lemen muren, die hij soms zelf ter plekke opbouwde in een mal door stro en leem evt. met koemest te mengen en aan te stampen met of zonder het gebruik van vakwerk ’tymmeringe’. Na droging kon de mal worden verwijderd en bleef een goed isolerende muur over. Een boer kon dakdekken als tweede bedrijfstak uitoefenen. Of zulk een boer was een halve aannemer van muren van huizen en boerderijen. Boer en aannemer lag rond 1397-1400 binnen het werkbereik van een Pol/Poll in Montfort (boer Hanne Polle) en (Jacob Poll/Polle burgemeester in 1388) in Venlo.

De van Polle’s in Venlo waren tussen 1350 en 1600 actief in beroepen zoals tolheffer, boer op leengoederen, aannemer/meester timmerman, meerde malen schepen, enkele keren burgemeester van Venlo, beheerder zoutambt, en (later 2 keer ) openbaar notaris, secretaris van Venlo, convent zusters in het klooster Mariaweide in Venlo, en stadsbewoners o.a. in het stadsdeel het Schricksel.

Agnees van den Poll wordt aangeslagen in de bede: iss behandt in behoeffine kinderen aen dit vrurschr. goet Hoff ter Heijden in gen Raedt/ghen Ray. (GA Venlo hernummerd 100 als cijnsregister Venlo 1582 uit RHCL Maastricht no 3264).

 

Van (den) PoIl in andere Gelderse Kwartieren

In de lijst van ridders en knapen van de Hertog van Gelre in de Middeleeuwen komt de naam van de Poll resp. van den Poll van den Pol en van de Polle tussen Millingen/Nijmegen en het land van Maas en Waal in de Betuwe regelmatig voor onder ‘Heren en Knechten van de graaf’ van Gelre’. Verder komen we ze tegen als tolbeheerders, schepenen, richters en drost of ambtman van Gelre (Gijsbert en Herman van den Poll}, en  pachter of heurder van leengoederen (een hele reeks van den Poll’s) zoals bij een leengoed ten poll. In het archief van Gelre komen deze van de/vander/van den Pol/Poll/Polle frequent voor.

In het oudste Leenaktenboek van Gelre uit 1326 (Archief Gelre Arnhem) lezen we op blz. 10 dat Seger van den Polle, de werde, de gelegen sin tuisschen des Kokeswert en de den Voren (in de Betuwe). 

In de kroniek van het Historisch Genootschap te Utrecht no 31 (1875) is een lijst van de steden en riddermatigen opgenomen. Het handelt over Geldersche Riddercedule 1468. 

In het Ridderboek van Gelre uit 1545, dat sinds 2107 digitaal beschikbaar is bij het Archief Gelre in Arnhem, lezen we dat Gijsbert van den polle, ambtman (en daarom in het ridderboek) is en in Nijmegen dat Cornelis van den Pol behoort tot de riddermatigen.

In de ridderboeken van Gelre van andere data en in Schattinge van de Lande van Gelre 1369 en jonger in P.N. Doorninck 1903, staan ook een aantal van de /den Polle/Poll in de kwartieren van Nijmegen en van Arnhem. Enkele zijn aangesteld als ambtman of rigter/scholtis en andere van den Poll’s hebben een leen zoals een tol over de rivier Maas of Waal of een zijn heurder van leengoed/boerderij. 

In Dreumel vinden we in 1468 Seger van de Polle, Heer Ggaerit van de Polle, ridder, Johan van de Polle Gijsbertszoon, Herman van de Polle Janszoon, Arnt van Polle Aerentszoon en nog een Arnt/Arnold van de Polle. In Dodewaard vinden we Henrick van de Poll. 

We lezen in de oude akten van Gelre namen zoals Seger, Gijsbert, Rutger, Everard, Herman, Willem, Winant en Johan en Jan van de(n) Poll en Polle. 

In het Overkwartier wordt ten ersten in den ampte van Montfort blz 177 genoemd onder Dye Nijestad (Nieuwstad/Elsene) Nole Pillen, die in de muntsoort kleine pond en zijne onderdelen schatting moet betalen. 

Het is een gok om Nole Pillen als Arnold Pollen te lezen zoals we in Tiel ook zien. In oude akten is een o en een i moeilijk te onderscheiden. Dus..?, 

 

Conclusies Familie van Pol/van Poll/van Polle

De famileinaam heeft waarschijnlijk te maken met een natuurlijke verhoging naast water of een rivier waar je kunt bouwen. De familienaam wordt als van Polle geschreven tot ongeveer 1530, daarna wordt van Poll langzamerhand van Pol of wordt van Pol en van Poll naast elkaar gebruikt. De familie van Willem van Pol (Montfort 1921) woonde en werkte meer dan vijf eeuwen lang  in het Ambt Montfort in of nabij het dorp Montfort en op boerderijen in de regio. Het huidige Midden Limburg is de bakermat van de familie van Willem van Pol.  De oudste van Poll die we in af nabij Montfort kennen uit de archieven is Hane Polle de boer uit Montfort die tussen 1397 en 1400 stro op maat levert voor de bouw van de keuken van het Huys Montfort/kasteel Montfort. Twee generaties jonger is onze bewezen stamvader Jencken van Poll van ongeveer 1470, jager en toezichthouder van Ambt Montfort, en waarschijnlijk ook boer te Montfort omdat toendertijd het gezin de boerderij draaiende hield als Jencken als jager aan het werk was. De oudste leden van de boerenfamilie van Poll in Montfort, die we tussen 1500 en 1600 in akten aantreffen, zijn Winand 0, Winand 1 en Winand 2 van Poll, Winand 0's zoon Durrick/Theodorik van Poll en diens zoon Durk/Theodorus, Theodorus van Poll (mogelijk wel 4), Willem van Pol (minstens 2), Jan van Poll ( 2 keer) en Peter van Poll. We vinden in het hertogelijk archief van Gelre in Arnhem nog in oude jaarrekeningen en leenboeken van Pol/Poll’s op leengoederen.  Zie Hoofdstuk 7. Er zijn in Montfort en in buurgemeenten veel van Pol/Poll's gevonden, die lang geleden waarschijnlijk familie zijn van elkaar. Rond 1595-1620 zijn er van Pol/Poll's uit Montfort naar Linne gegaan zoals een Peter van Poll naar ingen Lylaert rond 1590 en Jan van Poll heurde een leengoed in de Linnerweerd rond 1610 en Cornelis van Poll woonde waarschijnlijk in Linne rond 1620. Hun nakomelingen bleven (deels) in Linne wonen zoals Derick van Poll, Hubertus  en Winand van Poll, zoons van Peter van Poll, en hebben  zich vandaar uit verder verspreid. Er is gezocht naar de oude verbanden met van Pol/Poll's in de gemeenten van Midden Limburg maar de oudste parochiearchieven Linne en Sint Odilienberg uit die tijd ontbreken.    Aan de overzijde van de Maas in Thorn e.o., Maaseik en Weert e.o. komen ook al lang van Pol/Poll's voor maar de familieverbanden met de van Pol's in Montfort zijn moeilijk traceerbaar op enkele uitzonderingen na zoals blijkt uit het onderzoek in de parochiearchieven. Gezien de korte afstand tussen Montfort en Thorn sluiten we niet uit dat Peter van Poll, jager van de abdis van Thorn rond 1550 als kleinzoon afkomstig is uit de Montforter familie van Jencken van Poll, jager van het kasteel Montfort. Ook connecties met van Polle’s in Heel en van Poll’s in Poll en Panheel zijn mogelijk.  De van Pol's en van Poll's die buiten Midden Limburg wonen zijn 'geemigreerd' binnen Nederland, (Purmerend, Breda, Venlo, Oosterhout, Rotterdam etc) of vertrokken naar België, NRW/Duitsland of naar Noord-Amerika (Minnesota. Illinois) , of ze zijn door Pruissen Duitser gemaakt zoals de makelaarsfamilie von Poll (Immobilien). Er zijn geen familiebanden gevonden met de huidige families van de Pol, van der Pol of van den Poll, ten Pol, of Pol en Pols, die veelal buiten Limburg voorkomen.   De van de Poll tak van Amsterdam, die bestuurders, regenten en rechters/juristen van Amsterdam, Rotterdam, Tweedekamerleden en bestuurders in Nederlands Indie opleverde, en die in de adelstand werden verheven, komt origineel van de stamvader Evert van de Poll uit 1342 op een leengoed “Uten polle” in Montfoort bij Woerden e.o. waar alleen nog een fundering met een hoop zand met enkele bomen van overgebleven is in Mastwijk. De familiesite van de Poll staat op internet. Er is geen verband met van Pol’s in Montfort.

 

foto uit Mofert mien dorpke: Willem en Sjeng van Pol, zonen van Bert van Pol in de missieoptocht te Montfort in 1931 met op de achtergrond de schuur van ingen Douves/Gendouves/Duijfhuis.

Foto uit Mofert mien dorpke: Willem en Sjeng van Pol, midden links en midden rechts, zonen van Bert van Pol in de missieoptocht te Montfort in 1931 met op de achtergrond de schuur van ingen Douves/Gendouves/’tDuijfhuis.